|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
Concluding ReportStand:Een boeiend fenomeen was dat met de deelnemers een aantal keren is gesproken over een cursus over het opzetten van een website. In de aanvangsfase en halverwege het project is deze mogelijkheid een aantal keren van de hand gewezen. Er was geen tijd voor, men zag vooral op tegen de extra belasting van het beheer van een website. De deelnemers konden niet overzien wat de cursus en het beheer van een website voor gevolgen zou hebben voor de werklast. Pas in het tweede gedeelte van het project hadden vier deelnemers ruimte om een oriëntatiecursus over het maken van een homepage te volgen. Daarna hoorden we reacties als: ”Dat hadden we in het begin van het project moeten hebben. Wat een mooie gelegenheid was dat geweest om iets over de voortgang van het project te vertellen. Dan hadden we een centrale informatieplek gehad over afspraken en taken”. De werkdruk van het thematische onderzoek in het begin en de onbekendheid met de voordelen van een website stond een dergelijke scholing in het begin van het project in de weg. Wel leerden wij het volgende: Leermoment 11: Formuleer vooraf duidelijke doelstellingen over te bereiken scholingsniveau. De conclusie is dat de organisatie beter vooraf doelstellingen kan formuleren met betrekking tot de gewenste scholing van de deelnemers op verschillende gebieden en deze scholing ook bij het begin van het project daadwerkelijk organiseert. Het gaat in die zin om het adequaat voorbereiden van de deelnemers op het project. Dit geldt zowel voor de computerscholing als voor de onderzoeksplanning en de methodiek. A.9 Gezamenlijke activiteiten buiten het directe onderzoeksproject. Als het groepsproces op gang komt kunnen gezamenlijke activiteiten bijdragen om de cohesie te bevorderen. Wij hebben in Arnhem ondermeer een bezoek gebracht aan een expositie over Brood en Wijn en de dag toen afgesloten met een gezamenlijk diner. Later maakte de groep onder leiding van een van de werkgroepleden, die ook stadsgids in Arnhem is, een wandeltocht door de pas gerenoveerde middeleeuwse kelders in het centrum van onze stad. A.10 Een korte samenvatting van het thematisch onderzoek. In een apart verslag zal de uitwerking van het thematische onderwerp uitgebreider worden vermeld. Toch besteden we hier wat aandacht aan het thematische onderzoek. Het is een bijzonder proces geweest waarbij eerst het thema Senioren en Wonen ontdekt moest worden om een overzicht te krijgen van de enorme berg informatie die over dit onderwerp al geschreven is. Het heeft iets van een ontdekkingsreis. Maar de vergelijking met het maken van een grote legpuzzel, zonder dat het voorbeeld van het uiteindelijke beeld beschikbaar is, kan ook gebruikt worden. Er was vooraf wel al een afgrenzing gemaakt door het onderzoek te richten op die fase waarin senioren door ouderdomsgebreken of ziekten in een fase komen waarop de vraag relevant wordt: “Kan ik nog langer zelfstandig in mijn eigen huis blijven?” Nadat een globaal beeld was verkregen werd de volgende stap gezet naar meer ordening. Juist een zelfstudiegroep kan dan een persoonlijk accent toevoegen aan het onderzoeksthema. De Arnhemse zelfstudiegroep heeft de informatie over Senioren en Wonen, die veelal wetenschappelijk en beleidsmatig is opgesteld, vertaald naar informatie die voor senioren direct als hulpmiddel kan dienen. Bij die uitwerking werd namelijk het leidend thema: “Kan ik een goede vriend of vriendin in de hierboven beschreven situatie adequaat van advies dienen?” De informatie is daarbij verwerkt tot een overzichtschema, waarin alle relevante elementen van de persoonlijke woonsituatie zichtbaar zijn. Zo is het schema een hulpmiddel voor de senior om een afgewogen besluit te nemen. Deze werkwijze is een mooie illustratie geworden hoe een zelfstudiegroep toch bestaande informatie in een geheel nieuw kader kan plaatsen. |